Teneinde de loonkost voor hun loontrekkende – journalisten te beperken, en dus eventuele ontslagen wegens te zware loonkosten te vermijden, hebben bepaalde krantenuitgevers in een recent verleden gebruik gemaakt van de wettelijke mogelijkheid om een deel van het loon van journalisten uit te betalen in de vorm van een vergoeding voor auteursrechten. Deze werkwijze is fiscaal interessant voor zowel de krantenuitgever als voor de journalist. Enerzijds blijft de belasting onder bepaalde voorwaarden beperkt tot 15% roerende voorheffing. Anderzijds moeten noch de werkgevers (34% werkgeversbijdrage), noch de werknemers (13,07% ) daarop sociale bijdragen betalen.
Het Hof van Cassatie heeft in een arrest van 15 september 2014 nu echter beslist dat op die uitgekeerde auteursrechten nu toch sociale bijdragen zouden moeten betaald worden. Het Hof stelt nl. dat op de vergoedingen die een uitvoerende kunstenaar, die verbonden is door een arbeidsovereenkomst, ontvangt van zijn werkgever voor de overdracht van zijn vermogensrechten, een tegenprestatie vormt voor de overdracht van die rechten, en dat de ontvangen vergoedingen aldus onderworpen zijn aan sociale bijdragen.
Naar wij vernamen, pasten de Vlaamse krantenuitgevers de uitbetaling van auteursrechten aan hun loontrekkers – journalisten nog maar zeer beperkt tot niet toe. Het systeem van vergoedingen voor auteursrechten worden door de Vlaamse uitgevers daarentegen wel reeds ruim toegepast voor hun zelfstandige journalisten. Hier liggen dan weer veel zelfstandige journalisten mee in discussie met de fiscale overheden. In de Franstalige pers werd het systeem de afgelopen jaren wel langzaam ingevoerd als een attractieve vorm van verloning voor de nieuwe journalisten.
Dat één en ander heel gevoelig ligt in een sector die het al heel moeilijk heeft, is duidelijk. Het probleem deze keer is dat er absoluut nergens winnaars zijn, doch alleen verliezers. Zowel journalisten als werkgevers worden opgezadeld met meer kosten of minder inkomsten.
Voor de volledigheid moet er wel gemeld worden, dat het ook niet zeker is dat dit arrest zomaar mag uitgebreid worden naar iedereen. Of terug extra onzekerheid voor alle betrokkenen.